Optimaliseren van de gezondheid van de transitieperiode: inzichten en oplossingen

In de agrarische sector zijn talloze onderzoeken uitgevoerd om inzicht te krijgen in de relatie tussen aandoeningen tijdens de transitieperiode en de prestaties van melkkoeien tijdens de lactatie. Deze studies werpen licht op incidentie en adviezen voor veehouders en dierenartsen.

Een onderzoek uit 2012, gepubliceerd in het Journal of Dairy Science, laat incidentie voor vrije vetzuren (NEFA), beta-hydroxyboterzuur (BHBZ) en calcium zien bij koeien in de periode rond het afkalven. Incidentie tussen 5% en 50% werden gekoppeld aan verhoogde risico’s op lebmaagverplaatsing, verminderde melkproductie en een lagere kans op dracht na de eerste inseminatie. Het gehalte van BHBZ in de week voor het afkalven diende als een voorspeller voor de melkproductie. Deze bevindingen benadrukken de noodzaak om de transitieperiode zorgvuldig te monitoren om de gezondheid en prestaties van melkkoeien te waarborgen.

Een recent Canadees onderzoek uit 2020 benadrukte de complexiteit van het management rondom de transitieperiode. Hierbij werd de rol van dierenartsen als essentiële adviseurs in het transitiemanagement onderstreept. Verbetering van de communicatie en samenwerking tussen dierenartsen en melkveehouders bij het nemen van beslissingen kan aanzienlijk bijdragen aan het optimaliseren van de transitieperiode. Aangezien de obstakels waarmee veehouders worden geconfronteerd per bedrijf verschillen, is een individuele aanpak van groot belang.

In dit verband speelt BoviLab een cruciale rol als monitoringsapparaat voor de transitieperiode. Met de mogelijkheid om binnen 7 minuten bloedmonsters te analyseren op calcium, magnesium, fosfor, beta-hydroxyboterzuur (BHBZ), vrije vetzuren (NEFA’s) en ureum, stelt BoviLab dierenartsen, voerleveranciers en melkveehouders in staat problemen en aandoeningen te identificeren voordat ze kritiek worden en de maximale potentie te bereiken voor de veestapel. BoviLab vormt daarmee een waardevolle toevoeging voor dierenartsen om de transitieperiode op melkveebedrijven te verbeteren en de diergezondheid te waarborgen.